Op zoek naar meer geloofsopvoedingsideeën voor je kinderwerk?
Dit verhaal kunt u vertellen als een zogenaamd ‘Mee-Speel-Verhaal’. De kinderen kunnen tijdens de vertelling meespelen door middel van het nazeggen van bepaalde woorden of zinnen. Deze staan cursief gedrukt. U zegt het eerst, de kinderen zeggen het na. Ook kunnen ze bepaalde emoties uitbeelden, of geluiden maken. Ook dit staat cursief gedrukt. Doe zelf mee, doe het voor:
"Tjonge, jonge, wat lopen er veel mensen op straat! (stap met voeten op de plaats) Tjonge, jonge, wat lopen er veel mensen op straat! (stap met voeten op de plaats) Wat is het druk! Er komen steeds meer mensen bij. (laat de kinderen meedoen met stappen met voeten op de plaats) Er zijn zoveel mensen in de stad Jeruzalem. Ze gaan overal naar toe. (laat de kinderen stoppen met stappen)...
Op zoek naar meer geloofsopvoedingsideeën voor je kinderwerk?
Maak je geloofsopvoeding dus zo visueel mogelijk!
Op zoek naar meer geloofsopvoedingsideeën voor je kinderwerk?
Waarom is het zo belangrijk dat alles in geloofsopvoeding visueel moet zijn?
Hier zijn drie redenen voor:
1. Als iets visueel is, dan houdt dit de aandacht van de kinderen beter vast. En dat willen graag - dat de kinderen vol aandacht en interesse meedoen.
2. Als iets visueel is, helpt het de kinderen om het onderwijs beter te begrijpen. Volwassenen denken vaak dat zij het beste kunnen leren door te luisteren. Maar naar iets luisteren en dit tegelijkertijd ook kunnen zien, werkt veel beter.
3. Als iets visueel is, dan onthouden de kinderen het onderwijs veel beter. Het is bewezen dat als mensen iets onthouden, dit komt:
- door het zien 75%
- door het horen 13%
- door het voelen 6%
- door het ruiken 3%
- door het proeven 3%
Maak je geloofsopvoeding dus zo visueel mogelijk!
Op zoek naar meer geloofsopvoedingsideeën voor je kinderwerk?
Het is donker. De maan schijnt zacht en in de lucht flonkeren de sterren, heel veel sterren. Grote en kleine, helder en minder helder. Maar allemaal prachtig om te zien. In de tent ligt een man. Hij heet Abram. Abram is samen met zijn vrouw Sara en hun neef Lot in dit nieuwe land komen wonen. Abram is blij dat hij nu rustig kan liggen en dat neef Lot weer veilig is. Maar Abram is ook verdrietig. Hij en Sara hebben geen kinderen. Er is nog nooit een baby in de buik van Sara gegroeid. En dat vinden ze allebei heel verdrietig.
‘Huhh,’, Abram zucht eens, hij trekt zijn deken wat verder over zich en draait zich op zijn andere zij en probeert te slapen.
Het is donker, het is nacht. De maan schijnt zacht en in de lucht flonkeren de sterren, heel veel sterren. Grote en kleine, helder en minder helder. Maar allemaal prachtig om te zien. Abram is eindelijk in slaap gevallen. Maar dan heeft hij een een droom. En het is geen gewone droom. Nee, het is een droom van (maak het woord ‘God’ af) God.
Het is donker. De maan schijnt zacht en in de lucht flonkeren de sterren, heel veel sterren. Grote en kleine, helder en minder helder. Maar allemaal prachtig om te zien. In de tent ligt een man. Hij heet Abram. Abram is samen met zijn vrouw Sara en hun neef Lot in dit nieuwe land komen wonen. Abram is blij dat hij nu rustig kan liggen en dat neef Lot weer veilig is. Maar Abram is ook verdrietig. Hij en Sara hebben geen kinderen. Er is nog nooit een baby in de buik van Sara gegroeid. En dat vinden ze allebei heel verdrietig.
‘Huhh,’, Abram zucht eens, hij trekt zijn deken wat verder over zich en draait zich op zijn andere zij en probeert te slapen.
Het is donker, het is nacht. De maan schijnt zacht en in de lucht flonkeren de sterren, heel veel sterren. Grote en kleine, helder en minder helder. Maar allemaal prachtig om te zien. Abram is eindelijk in slaap gevallen. Maar dan heeft hij een een droom. En het is geen gewone droom. Nee, het is een droom van (maak het woord ‘God’ af) God.
Alles staat of valt met een goede voorbereiding. Voorbereiding is cruciaal met name binnen het kinderwerk in de kerk, wil je dat alle teamleden met plezier kunnen werken en de kinderen met plezier naar je toe komen.
Als je met een team werkt, moet iedereen weten wat er gaat gebeuren. Degenen die een aandeel in het programma hebben, hebben dit thuis doorgenomen en weten precies wat ze gaan doen. Het moet erin zitten! Het verhaal moet je kunnen dromen. De leerpunten heb je voor jezelf al helemaal verwerkt. De liederen heb je doorgespeeld. Kortom, je bent er helemaal klaar voor. De kinderen mogen komen...
Goede voorbereiding zorgt ervoor dat jouw geloofsopvoeding voor iedereen een feestje wordt!
Op zoek naar meer geloofsopvoedingsideeën voor je kinderwerk?
Als wij de kinderen iets willen leren, dan moeten zij het kunnen begrijpen. Helaas lukt dit niet altijd. Dit betekent dat we ons soms in ons spreken moeten aanpassen.
We moeten niet op hen neer gaan praten, maar het op zo'n manier doen dat het hen aanspreekt. Begrijpen de kinderen wat je zegt? Spreek je in hun taal? Of gaat het langs hen heen of over hun hoofden?
Soms heb je dit als volwassene niet altijd gelijk door. Door een vraag te stellen, kan je dan checken of hetgeen je vertelt, ook echt bij de kinderen overkomt.
Op zoek naar meer geloofsopvoedingsideeën voor je kinderwerk?
Deze oefening is geschikt voor een trainingsavond met kinderwerkers of leiding van de catechese of kindernevendienst in een gemeente. In deze oefening kijken we naar het woordje ‘vorming’. Welke bouwstenen kunnen wij als kinderwerkers inzetten om het geloofsleven, de talenten en het karakter van het kind te helpen opbouwen?
Na afloop heb je met elkaar veel meer inzicht in:
- wat jullie bouwstenen zijn
- hoe de opbouw van de muur van geloofsvorming bij jullie in elkaar zit
- waar jullie sterk in zijn qua bouwstenen
- waar jullie kunnen groeien en ontwikkelen qua bouwstenen
- wellicht hebben jullie iets meer inzicht hoe je dit kunt doen
Deze oefening is geschikt voor een trainingsavond met kinderwerkers of leiding van de catechese of kindernevendienst in een gemeente. In deze oefening kijken we naar het woordje ‘ voorleven’. Hoe kunnen we als kinderwerkers ons ervan bewust worden hoe en wat we voorleven aan de kinderen met wie we werken?
Na afloop heb je met elkaar veel meer inzicht in:
- wat je bewust wilt laten zien aan de kinderen
- wat je bewust niet wilt laten zien aan de kinderen
- welke positieve dingen je misschien wel onbewust aan de kinderen laat zien
- welke negatieve dingen je misschien wel onbewust aan de kinderen laat zien
- in welke mate jij je thuis voelt bij / met de kinderen
Met deze opdracht kan je als kinderwerkers samen een groot deel van de avond creatief en opbouwend bezig zijn. Je kunt de opdracht hieronder in PDF formaat downloaden of het idee hieronder lezen op de site.
Deze oefening is geschikt voor een trainingsavond met kinderwerkers of leiding van de catechese of kindernevendienst in een gemeente. In deze oefening kijken we naar het woordje ‘ verbinding’. Hoe kunnen we kinderen helpen zich thuis te voelen in de gemeente, bij elkaar en bij God? Dit is een leuke, interactieve en avondvullende oefening, waar je langer dan een uur tot wel twee uur bezig mee kunt zijn.
Na afloop heb je met elkaar veel meer inzicht in:
- wat het betekent om je thuis te voelen in de gemeente en bij God
- hoe we kinderen kunnen stimuleren om zich thuis te voelen in de gemeente
- hoe we kinderen kunnen stimuleren om zich thuis te voelen bij elkaar
- hoe we kinderen kunnen stimuleren om zich thuis te voelen bij God
- elkaar, als kinderwerkers…
Met deze opdracht kan je als kinderwerkers samen een avond creatief en opbouwend bezig zijn. Je kunt de opdracht hieronder in PDF formaat downloaden of het idee hieronder lezen op de site.
Dit vinden we soms moeilijk. En het zou best kunnen dat je juist in dit gebied een stuk hulp of begeleiding nodig hebt.
Kinderwerkers moeten namelijk enthousiast zijn. Als wij met de kinderen gaan zingen, moeten wij het hardst meedoen. Wij moeten de grootste gebaren maken. Kinderen doen vaak in alles net iets minder dan wij. Dus als wij tijdens het zingen een slap gebaar maken omdat we ons ongemakkelijk voelen, zullen zij nog slapperigge gebaren maken. Maar als wij ons dwingen om enthousiast te zijn. nemen we de kinderen hierin mee en gaan ze ook enthousiast worden. Ditzelfde geldt voor het vertellen van verhalen. Des te meer gebaren en drama, des te spannender en aantrekkelijker het wordt.
Hoe enthousiast durf jij te zijn?
Op zoek naar meer geloofsopvoedingsideeën voor je kinderwerk?
Als we willen dat de kinderen open naar ons toe zijn, dan betekent dat wij ook open naar hen moeten zijn. Natuurlijk hoeven wij hen niet met onze persoonlijke problemen te confronteren. Maar aan de andere kant hoeven we ze ook geen beeld geven dat wij alles weten en dat wij nooit ergens mee de fout in gaan.
Gelukkig is er een balans tussen deze open zijn en niet al je persoonlijke problemen aan hen te vertellen. Het is nu alleen een kwestie van zoeken van wijsheid.
Ik daag je uit: Durf open te zijn naar de kinderen met wie je werkt.
Op zoek naar meer geloofsopvoedingsideeën voor je kinderwerk?
Neem je binnen de kindernevendienst of kinderkerk de tijd om echt naar de kinderen te luisteren in plaats van soms te doen alsof? Ik weet dat ik me hieraan schuldig heb gemaakt. Net doen alsof je luistert, maar ondertussen met iets heel anders bezig zijn.
Het is zo makkelijk om geen tijd te maken voor een kind en even echt te luisteren, vooral als je met zoveel kinderen tegelijk bent. Maar luisteren is cruciaal binnen onze kinderbediening.
Daarom moeten we op zoek naar betere manieren om naar kinderen te luisteren binnen onze kinderwerk. Misschien wel nieuwe creatieve manieren gaan gebruiken voor groepsdiscussies of meer werken in kleine groepjes. Of soms is het gewoon een kwestie van naast een van de kinderen te gaan zitten en tijdens een knutselactiviteit.een echt gesprek met dat kind te hebben
Op zoek naar meer geloofsopvoedingsideeën voor je kinderwerk?
In vele gemeentes en kerken is het kinderwerk zo opgesplitst, dat je als kinderwerker één keer per maand de kinderen ziet. Dit is natuurlijk op zich logisch, want je wilt zelf de kerkdienst niet te vaak missen.
Maar bouw je op deze manier echt een vriendschap met de kinderen op? Leren ze je op deze manier kennen?
In mijn werk heb ik gezien dat veel van de problemen in het kinderwerk hieruit voortkomen. Als je maar eens in de maand kinderwerk doet, moeten de kinderen elke keer aan je wennen. Ze gaan je uit proberen, want bij elke juffrouw of meester mogen ze wat anders. Het is gewoon veel moeilijker, dan als je een vast team hebt dat elke week of minstens één keer in de twee weken het kinderwerk leidt.
Vanuit de praktijk heb ik geleerd dat je beter om de twee weken met drie man het kinderwerk doet, dan dat je één keer in de zes weken in je eentje voor de groep staat.
Op zoek naar meer geloofsopvoedingsideeën voor je kinderwerk?
Als kinderwerker draag je een herderlijke zorg voor de kinderen waarmee je werkt. Bidt je daarom dan ook voor hen?
Als ik in mijn eigen leven kijk, faal ik hier vaak in. Het leven is ook zo vol. Maar als we geloven in de kracht van gebed, dan zou gebed voor de kinderen een groot gedeelte van de bediening van een kinderwerker moeten zijn.
Heer, geef mij het doorzettingsvermogen om voor de kinderen te bidden...
Op zoek naar meer geloofsopvoedingsideeën voor je kinderwerk?
Ben je bereid om geloofsopvoeding serieus te nemen en het als een bediening te zien?
Misschien is het belangrijk dat je je dan voor een bepaalde tijd toewijdt. Als je toegewijd bent, zal het je verlangen zijn om het zo goed mogelijk te doen. Hiervoor is training en een stuk begeleiding onmisbaar. Als dit er vanuit de gemeente niet is, ga dan op zoek. Er zijn vele organisaties en websites, die het als hun bediening zien om jou hierin te helpen, te trainen en te begeleiden.
Op zoek naar meer geloofsopvoedingsideeën voor je kinderwerk?
In kinderwerk richten we ons voornamelijk op het programma. Wat kunnen we doen om de kinderen iets te leren? Het is hierbij heel makkelijk om het belangrijkste te vergeten. Het belangrijkste in kinderwerk ben jij! De kinderwerker heeft ten opzichte van de kinderen een hele grote verantwoordelijkheid. Hij / zij moet de kinderen een voorbeeld van het christelijke leven laten zien. Hoe wij leven, en hoe wij met de kinderen omgaan, is daarom dan ook veel belangrijker dan wat we hen vertellen.
Bill Wilson, leider van een zondagsschoolwerk in New York waar elke week elfduizend kinderen naar toe komen, zegt in zijn boek "Van wie is dat kind?" :
"In een drukke week zou ik gemakkelijk tegen een kind kunnen zeggen dat ik geen tijd heb. Ondanks dat ik een succesvolle kinderkerk heb en het Evangelie op eerste klas wijze presenteer, weet ik al heel lang dat, als ik de tijd neem om een arm om een kind heen te slaan en echt te luisteren in plaats van te doen alsof, dat veel meer effect heeft dan alle lessen die ik ooit zal geven".
Op zoek naar meer geloofsopvoedingsideeën voor je kinderwerk?
Kinderwerk is natuurlijk ook geen trainingsgrond voor het echte werk. Kinderwerk is het echte werk. En het is moeilijk werk.
Als volwassenen de preek of de dienst saai vinden, of het boeit hen niet, dan merk je daar normaal niet veel van. Als dat bij kinderen gebeurt, merk je dat meteen!
Dit betekent dat wij veel harder moeten werken om de aandacht en de interesse van de kinderen vast te houden. Dit gaat niet zo maar, daar moet je in getraind worden en daar moet je in groeien.
Op zoek naar meer geloofsopvoedingsideeën voor je kinderwerk?
We zeggen vaak: "De kinderen zijn de kerk van morgen." Maar dat is niet waar. Kinderen zijn de kerk van vandaag. Ze horen er gewoon bij. God maakt geen onderscheid tussen een christen van 40 jaar oud en een christen van 6 jaar oud. Waarom wij wel? Horen de kinderen dan wel echt bij de gemeente? Hoeveel ruimte krijgen ze? Hoeveel van de dienst op zondagochtend is op hen afgestemd?
Waarom worden de kinderen in vele kerken zoveel mogelijk weggemoffeld? Is de reden daarvoor angst? Wat zal die broeder of zuster wel niet zeggen? Vaak wordt er in de gemeente geluisterd naar degene die zijn mening het duidelijkst naar voren brengt. Kinderen zul je daarin niet horen, maar wordt het niet tijd dat we naar hen gaan luisteren? En hen een echte plek binnen de gemeente en binnen de diensten gaan geven?
Op zoek naar meer geloofsopvoedingsideeën voor je kinderwerk?
Ten opzichte van geloofsopvoeding in de kerk of gemeente maken wij vaak een aantal fouten:
1) De zondagsschool is er om de kinderen bezig te houden, terwijl de volwassenen het echte voedsel van de Heer krijgen.
2) Laten we de kinderen zoveel mogelijke Bijbelse verhalen vertellen. De rest leren ze later in de gemeente wel.
3) Kinderwerk is een goede trainingsperiode voor mensen, voordat ze aan het echte werk in de gemeente gaan beginnen.
4) Iedereen kan / mag kinderwerk gaan doen.
5) Een kinderwerker heeft niet echt een grondige training nodig.
Dit zijn ernstige fouten. Waarom krijgen we later met onze tieners allerlei problemen en verlaat de jeugd in grote getallen de gemeente? Ligt er een stukje van de wortel in het kinderwerk van de gemeente?
Op zoek naar meer geloofsopvoedingsideeën voor je kinderwerk?
Het belangrijkste woord in geloofsopvoeding is communicatie. Bij communicatie spelen er drie factoren:
1) De brenger
2) De ontvanger
3) Het middel waarmee de brenger communiceert
Deze drie factoren gaan altijd hand in hand. Ook in kinderwerk zien we deze drie factoren terugkomen. Allereerst is daar de kinderwerker. Dit is degene die iets aan de kinderen probeert over te brengen. De kinderen zijn de ontvangers. Zij zijn degenen aan wie je probeert iets duidelijk te maken. Het middel wat je daarvoor gebruikt, kan van alles zijn.
Dus de kinderwerker, de brenger, probeert aan de kinderen, de ontvanger, aan de hand van een programma, het middel, iets duidelijk te maken. Ik denk dat wij als kinderwerkers allemaal weten dat dit niet altijd lukt. Het is dan belangrijk om te kijken aan welk van de drie factoren het zou kunnen liggen. Ligt het aan mij? Ligt het aan de de kinderen? Of ligt het misschien aan mijn programma?
Hoe zou ik het anders kunnen doen om toch het gewenste resultaat te krijgen? Moet ik misschien mijn houding veranderen? Begrijp ik de kinderen waarmee ik werk wel? Is mijn programma op hun niveau en leeftijdsgroep afgestemd? Kan ik nieuwe ingrediënten in mijn programma aanbrengen om toch goed te kunnen communiceren?
Op zoek naar meer geloofsopvoedingsideeën voor je kinderwerk?
1) Elkaar beter te leren kennen.
De leiders hebben van te voren al een aantal vragen bedacht. De eerste vragen kunnen over leuke dingen gaan, zoals:
- Wat is je favoriete hobby?
- Welk eten vind je het lekkerst?
2) Met elkaar over het thema of de leerpunten te praten.
Door middel van vragen kun je ontdekken of de kinderen het begrepen hebben en kan je er verder over door praten.
3) Met elkaar en voor elkaar bidden.
Tijdens zo'n gespreksgroepje is het fijn om te vragen of er dingen zijn waarvoor we kunnen bidden of danken. Hierna kun je er samen met de kinderen voor bidden en danken. Het is goed om de kinderen in deze groepjes te stimuleren om ook zelf te bidden.
Op zoek naar meer geloofsopvoedingsideeën voor je kinderwerk?
Tijdens een kinderprogramma is het fijn om op een bepaald moment de kinderen in kleine groepen op te delen. Één van de betere manieren om dit te doen, is, als je een grote zaal hebt, om de kinderen op hun buik met de hoofden naar elkaar toe te laten liggen. Dit heeft drie voordelen:
1) Iedereen kan elkaar aan kijken
2) Omdat ze op hun armen liggen, kunnen ze niet aan elkaar trekken of elkaar slaan.
3) Ze kunnen elkaar niet schoppen.
Op zoek naar meer geloofsopvoedingsideeën voor je kinderwerk?
Genesis 1:5 “God noemde het licht "dag" en de duisternis noemde hij "nacht". En er was avond, en er was ochtend - de eerste dag."
God heeft zomaar de eerste dag gemaakt. Voor het eerst...
Ontelbare dagen zullen volgen. Maar dit was de eerste dag.
Als iets voor het eerst is, voelt dat altijd extra speciaal. Bijvoorbeeld: je eerste dag op school of in de nieuwe klas. Je eerste dag in je sportteam, je eerste dag op kamp.
Vraag: Wie wil iets vertellen over zijn eerste dag?
Om kinderen te helpen, kan je hen in een cirkel laten zitten en een van de kinderen een voorwerp in handen geven. Degene met het voorwerp moet iets vertellen over zijn of haar eerste dag ergens.
Hierna mag deze persoon naar iemand anders in de kring lopen en hem of haar dit voorwerp geven en dan mag dit kind iets vertellen over de eerste keer.
Op zoek naar meer geloofsopvoedingsideeën over 'de schepping en God als Schepper'?
Genesis 1:5 “God noemde het licht "dag" en de duisternis noemde hij "nacht". En er was avond, en er was ochtend - de eerste dag."
Helemaal in het begin van de Bijbel - in het vijfde vers van hoofdstuk 1 van Genesis kom je de eerste tegenstelling tegen.
Vraag: Wie weet wat een tegenstelling is?
God noemt licht 'Dag' en donker noemt Hij 'Nacht'. Dag en Nacht zijn tegenstellingen. De eerste tegenstelling in de Bijbel.
Vraag: Hoeveel tegenstellingen kunnen wij met elkaar bedenken?
Op zoek naar meer geloofsopvoedingsideeën over 'de schepping en God als Schepper'?
Genesis 1:5 “God noemde het licht "dag" en de duisternis noemde hij "nacht". En er was avond, en er was ochtend - de eerste dag."
Stel je voor dat we een wereld zonder namen zouden hebben. Hoe zouden je vader en moeder je dan moeten noemen? En je vrienden met wie je speelt? Krijg je dan een nummer of zeggen de anderen: "He, jij daar!"
Onze naam is zo belangrijk. Het maakt ons wie we zijn. Voel maar even hoe vreemd het is als je ineens een andere naam hebt.
Laat de kinderen in een cirkel zitten. Geef elk kind de naam van een kind dat links naast hem of haar zit. Laat het kind dat rechts van hem of haar zit een vraag stellen met deze naam erin. Bijvoorbeeld: "Wat is je favoriete eten, Robert?" En ga zo de cirkel door.
Het is raar om ineens de naam van je buurman te krijgen en te ontdekken dat jouw andere buurman nu jouw naam heeft.
Namen zijn heel belangrijk. En de eerste naam wordt gegeven door... God.
En weet je wie de eerste naam krijgt?
Licht! Licht krijgt de eerste naam van God. God noemt Licht 'Dag'.
Op zoek naar meer geloofsopvoedingsideeën over 'de schepping en God als Schepper'?
Genesis 1:4 “God zag dat het licht goed was en scheidde het licht van de duisternis."
Eerst gaat God iets maken. Nu gaat Hij iets scheiden. Hij duwt als het ware het licht en de duisternis uit elkaar. Een wordt twee.
In het spel wat we nu gaan spelen, gaan we ook scheiden. Geen licht van duisternis, maar we gaan de groep elke keer laten scheiden.
Hang in een ruimte aan een kant van de muur het woordje 'ja' op en aan de andere kant het woordje 'nee'.
Laat de kinderen dicht bij elkaar staan in het midden.
Stel de kinderen een vraag. Als het antwoord 'ja' is, moeten ze naar de muur van het 'ja' rennen. Is het antwoord 'nee', dan moeten ze naar de andere muur rennen.
Stel vragen zoals:
- Ben jij een jongen?
- Ben jij ouder dan zoveel jaar?
- Lust jij broccoli?
Ik denk dat je zelf veel meer en veel leukere vragen kunt bedenken. Succes!
Op zoek naar meer geloofsopvoedingsideeën over 'de schepping en God als Schepper'?
Genesis 1:4 “God zag dat het licht goed was en scheidde het licht van de duisternis."
Laat de kinderen om beurten vertellen waar zij goed in zijn. Bij elk kind die dit vertelt, laat je de andere kinderen hun duim omhoog houden, als symbool dat zij het ook goed vinden.
Je duim omhoog houden, is een krachtig symbool. Omhoog betekent dat je iets goed vindt. Naar beneden betekent dat je het slecht of fout vindt.
Als God klaar is met het maken van licht, kijkt Hij naar wat Hij gemaakt heeft en steekt Hij zijn duim omhoog.
God zegt: "Ik vind het goed."
Op zoek naar meer geloofsopvoedingsideeën over 'de schepping en God als Schepper'?
Genesis 1:3 “En God zei: "Laat er licht zijn," en er was licht."
Neem een mooie of felle lamp mee en zet deze aan.
Als God begint met scheppen, maakt hij eerst licht. Als mensen kunnen wij niet zonder licht. Er zijn delen in de wereld, in het hoge noorden, waar er in de winter maar heel weinig licht is. Sommigen mensen vinden dit heel lastig. Sommigen mensen verhuizen dan naar het zuiden om toch maar voldoende licht te kunnen hebben. Licht is zo belangrijk...
En God die weet dat. Daarom begint God met licht. Nu valt er wat zien. Nu kan hij verder met creëren.
Op zoek naar meer geloofsopvoedingsideeën over 'de schepping en God als Schepper'?
Genesis 1:3 “En God zei: "Laat er licht zijn," en er was licht."
God spreekt en het is er. Dit is iets wat wij mensen niet kunnen doen, of wel?
Vraag: Wat kunnen wij als mensen creëren met onze stem en door te spreken?
Bijvoorbeeld een fijne of een nare sfeer.
Hoe zou je een nare sfeer kunnen creëren met je stem? En hoe een fijne sfeer?
Laten de kinderen dit proberen.
Met onze woorden kunnen wij ook iets maken of kapotmaken bij de ander. Met een compliment bouw je iemand op en met een rotopmerking of een scheldwoord breek je iemand af.
Eigenlijk zijn wij veel krachtiger dan wij denken...
Op zoek naar meer geloofsopvoedingsideeën over 'de schepping en God als Schepper'?
Genesis 1:2 “Nu was de aarde vormloos en leeg, de duisternis was over het oppervlak van de diepte, en de Geest van God zweefde over het water."
Neem een föhn en een tafeltennisbal. Probeer dit thuis eerst even uit. :-)
Plaats de tafeltennisbal op de föhn en zet de föhn aan. Als het goed is, blijft de bal boven de föhn zweven.
Persoonlijk vind ik dit een mooi beeld van de Geest van God die boven de wateren zweeft in Genesis 1:2.
Op zoek naar meer geloofsopvoedingsideeën over 'de schepping en God als Schepper'?
Genesis 1:2 “Nu was de aarde vormloos en leeg, de duisternis was over het oppervlak van de diepte, en de Geest van God zweefde over het water."
Helemaal aan het begin voordat God begint met scheppen, waren de hemel en de aarde vormloos en leeg.
Neem een leeg canvas en pak dit in met bruin pakpapier, maar op zo'n manier dat je niet kan zien dat er een canvas in zit. Speel met de vorm van het pakketje door proppen krantenpapier erom heen te doen.
Nu heb je een pakketje dat een beetje vormloos lijkt. Laat een kind het pakketje openen. Haal het lege canvas eruit.
Vraag: Wat is het voordeel van een leeg canvas?
Antwoord: Je kunt er nog alles op schilderen.
Vertel aan de kinderen dat helemaal in het begin de hemel en de aarde als een soort leeg canvas was, waren God op kon gaan schilderen.
Vraag: Wat zou Hij als eerste gaan schilderen, denken jullie?
Op zoek naar meer geloofsopvoedingsideeën over 'de schepping en God als Schepper'?
Genesis 1:1 “In het begin schiep God de hemel en de aarde.”
Deze tip helpt je om even met de kinderen in je zondagsschool, kindernevendienst, kinderwerk of in de klas te kijken naar wat 'God als Schepper' inhoudt.
Het allereerste wat we ooit in de Bijbel over God horen, is dat Hij dingen maakt. God is een Maker. Dat betekent dat Hij nieuwe dingen belangrijk vindt en dat Hij creatief is.
Als schepper is het ook belangrijk om vooruit te kijken en in je fantasie al te kunnen zien wat je gaat maken.
Laat de kinderen iets zien wat jezelf gemaakt hebt. Dit kan een tekening, een trui, borduurwerk of zelfs koekjes of een taart zijn. Neem ook de ingrediënten mee die je nodig hebt om dit te maken.
Laat de kinderen het verschil zien tussen de ingrediënten en het product dat klaar is.
Vertel hoe je al in gedachten had hoe het eruit zou komen te zien.
Vraag: Zou God ook al in gedachten hebben gehad hoe alles eruit zou komen te zien?
Op zoek naar meer geloofsopvoedingsideeën over 'de schepping en God als Schepper'?
Genesis 1:1 “In het begin schiep God de hemel en de aarde.”
Welke woorden verbinden de kinderen in ons kinderwerk, kinderkerk, zondagsschool of kindernevendienst aan het begrip God?
Het vierde woord in de Bijbel is het woord 'God'. Als je de Bijbel voor het eerst leest, dan heb je eigenlijk nog helemaal geen idee bij wat dit woord inhoudt. We weten hier nog helemaal niks van God.
Maar gelukkig zijn wij al duizenden jaren verder en staan wij niet meer aan het begin. Alle kinderen in onze zondagschoolles weten ook iets over God.
Neem een stapel A4 papieren en stiften.
Schrijf het woord 'GOD' op een A4 papier. Leg dit op de grond in het midden van de kamer. Vraag kinderen zoveel mogelijk dingen over God te bedenken. Schrijf elk woord of begrip op een nieuw A4 papier en leg dit om het woord 'GOD' heen.
Hoeveel dingen weten wij als van God?
Op zoek naar meer geloofsopvoedingsideeën over 'de schepping en God als Schepper'?
Genesis 1:1 “In het begin schiep God de hemel en de aarde.”
Hoe leg je de kinderen uit wat 'in het begin' inhoudt?
Je zou kunnen starten met het vragen naar hun vroegste herinnering. Wat is het eerste wat zij zich kunnen herinneren? Dat is voor hen het begin.
Neem dan een bol wol en rol deze bol langzaam af. Plaats de herinneringen van de kinderen op de eerste vijf centimeter van de bol wol.
Vraag de kinderen welke dingen ze uit de geschiedenis weten. Terwijl je de bol wol verder afrolt, praat je langzaam door de geschiedenis van de mensheid. Aan het eind kom je bij het begin. Het begin van de bol wol, maar ook bij het begin van de schepping.
Vertel de kinderen dat de Bijbel helemaal aan het begin begint.
Op zoek naar meer geloofsopvoedingsideeën over 'de schepping en God als Schepper'?
In deze kinderdienst, die geschreven is door Ellen Zuijdwegt (en gebaseerd op ‘Niet alleen’ uit 100 instant praatjes voor kinderen) kijken we naar het verhaal van de Hemelvaart en Pinksteren.
- een whiteboard of tekenbord met contour van mensenfiguur erop getekend
- verschillende kleuren whiteboard stiften of krijtjes
- een uitveegborstel
- lange glazen vaas die naar beneden smal afloopt
- papieren hart om op de vaas te plakken
- zwart pingpongballetje
- zakje met gekleurde pingpongballetjes met woorden van zonden erop geschreven (bv. stelen, moorden, liegen, pesten, afgunst, schoppen, slaan, vloeken, begeren, schelden, hebberig, ruzie, bedriegen)
- een grote kan met water
- een teil om water in op te vangen
- een handdoek
In dit kindermoment, dat geschreven is door Ellen Zuijdwegt, ontdekken we dat hoewel we allemaal anders zijn, God van iedereen evenveel houdt.
Net zoals er heel veel verschillende mokken zijn, waar je dezelfde limonade uit kunt drinken, zo heeft God alle mensen verschillende gemaakt. Hoewel we allemaal anders zijn, wil God ons allemaal vullen met zijn liefde.
God maakte ieder van ons, allemaal verschillend, maar we zijn geschapen om goed te doen.
(Bron: Boek ‘O, zit dat zo!’)
- verschillende soorten mokken, zoals grappige, sportieve, chique, christelijke, Koninklijke huis,plastic (ouderwets), waar het plaatje al
bijna van af is, zonder oor, met stukjes eraf aan de boven kant waar je drinkt.
- een grote kan met rode siroop.
PKN gemeente de Open Hof in Bleiswijk heeft rond Pasen een prachtige gebedsruimte ingericht met tien creatieve gebedsideeën die je zowel met kinderen, tieners als met volwassenen kunt doen.Ik heb deze ruimte bezocht en een PDF boekje gemaakt van 44 A4 pagina's met foto's, omschrijvingen en werkbladen.
Met dit boekje en wat eigen creativiteit kan je rondom Pasen een prachtige gebedsruimte in je gemeente inrichten.
Je kunt deze tien creatieve gebedsideeën natuurlijk ook als losse ideeën in je kinderwerk, thuis of in de klas gebruiken.
Download het PDF werkboek 'Wie heeft het laatste woord?'
- tien creatieve gebedsideeën rondom de zeven woorden / zinnen van Jezus aan het kruis
- 44 A4 pagina's met foto's, omschrijvingen en werkbladen 
- Eerste gebedshoek: ‘Vader, vergeef het hen, want ze weten niet wat ze doen.’
- Tweede gebedshoek: Breng de ander bij Jezus
- Derde gebedshoek: ‘Ik verzeker je: nog vandaag zul je met mij in het paradijs zijn.’
- Vierde gebedshoek: ‘Dat is uw zoon. Dat is je moeder.’
- Vijfde gebedshoek: ‘Mijn God, mijn God. Waarom hebt U mij verlaten?’
- Zesde gebedshoek: ‘Ik heb dorst.’
- Zevende gebedshoek: ‘Het is volbracht.’
- Achtste gebedshoek: ‘Vader, in uw handen leg ik mijn geest.’
- Negende gebedshoek: Niet de dood heeft het laatste woord
- Tiende gebedshoek: De creatieve hoek
Als lid van Creatief Kinderwerk kan dit je PDF boekje van 44 bladzijden hieronder downloaden.
PKN gemeente de Open Hof in Bleiswijk heeft rond Pasen een prachtige gebedsruimte ingericht met tien creatieve gebedsideeën die je zowel met kinderen, tieners als met volwassenen kunt doen.Ik heb deze ruimte bezocht en een PDF boekje gemaakt van 44 A4 pagina's met foto's, omschrijvingen en werkbladen.
Met dit boekje en wat eigen creativiteit kan je rondom Pasen een prachtige gebedsruimte in je gemeente inrichten.
Je kunt deze tien creatieve gebedsideeën natuurlijk ook als losse ideeën in je kinderwerk, thuis of in de klas gebruiken.
Download het PDF werkboek 'Wie heeft het laatste woord?'
- tien creatieve gebedsideeën rondom de zeven woorden / zinnen van Jezus aan het kruis
- 44 A4 pagina's met foto's, omschrijvingen en werkbladen
- Eerste gebedshoek: ‘Vader, vergeef het hen, want ze weten niet wat ze doen.’
- Tweede gebedshoek: Breng de ander bij Jezus
- Derde gebedshoek: ‘Ik verzeker je: nog vandaag zul je met mij in het paradijs zijn.’
- Vierde gebedshoek: ‘Dat is uw zoon. Dat is je moeder.’
- Vijfde gebedshoek: ‘Mijn God, mijn God. Waarom hebt U mij verlaten?’
- Zesde gebedshoek: ‘Ik heb dorst.’
- Zevende gebedshoek: ‘Het is volbracht.’
- Achtste gebedshoek: ‘Vader, in uw handen leg ik mijn geest.’
- Negende gebedshoek: Niet de dood heeft het laatste woord
- Tiende gebedshoek: De creatieve hoek
Als lid van Creatief Kinderwerk kan dit je PDF boekje van 44 bladzijden hieronder downloaden.